viernes, 1 de abril de 2016

Hallo, vrienden Sun-Gazers!
Wij zijn met zijn allen op deze reis naar de bevrijding via de Pijnappelklier, na zovele eeuwen. We willen zoveel mogelijk minuten zonnekijken, om doelstellingen en beloften gerealiseerd te zien van dingen die andere routes niet kunnen geven.
Bij de vijftien minuten aangekomen realiseerde ik me dat wat HRM zegt waar is .. niet dat ik twijfelde, maar het ervaren is toch wel een openbaring! Laten we zeggen dat in mijn geval, een aantal paradigma's die mijn leven voor een deel regeerden zijn gewijzigd, zodat ik me behoorlijk bevrijd voel.

Nu op naar de tweede fase, naar 30 minuten ...

Ik heb twee vragen:
Ik heb ’s ochtends, in het eerste uur van de dag, precies 17 minuten over, door de bergen die de horizon in het oosten aan het zicht onttrekken. Zoals ik eerder meldde, verkies ik het eerste en het laatste uur van de dag, boven indirect Sun-Gazing, waarbij ik het eerste uur prefereer.
Nu is de zon ’s morgens vroeg vaak gedeeltelijk verduisterd door wolken. Wat moet mijn criterium zijn? Kan ik zonnekijken als de zon zichtbaar is door de wolken?
en:
Als de zon dan helemaal wordt bedekt, waardoor het onmogelijk is verder te 'staren', is het dan mogelijk om te onderbreken, en later indirect verder te gaan met Sun-Gazing, of in het of laatste uur, en de resterende tijd toe te voegen? Vandaag moest ik bij negen minuten stoppen.
Hiermee groet ik jullie, en ik hoop dat je me kunt helpen bij mijn onzekerheid.
Groeten uit de bergen van Medellín, Colombia,

L. Rijklof

lunes, 21 de marzo de 2016

kleuren en bijna 15 minuten
12 maart: Deze middag was wel heel bijzonder.
17:06 uur. De zon was prachtig, met slechts hele dunne nevelflarden voor zich, en later alleen maar zon, met meer dan genoeg straling om mijn 14 minuten en 30 seconden van vandaag te bereiken.
Daar stond ik, 14 steentjes -voor de minuten- in mijn broekzak, klokje tegen mijn oor en seconden tellen met de vingers.
Maar wat zo bijzonder was, was dat ik kon kijken, voortdurend, en nauwelijks gestoord door gedachten. Het was uniek! De zon was zo helder, en ik verwonder me er toch steeds weer over dat je zomaar in dat leven gevende hemellichaam kunt kijken. Niet staren (gazing) zoals ik op dit forum las, echt bewust kijken naar de zon, het geeft net dat beetje extra.
Het is voor het eerst in al die maanden dat ik deze beleving had; het is moeilijk te omschrijven. Een-zijn met de zon, communicatie, dankbaarheid voor de mogelijkheden die zonnekijken geeft .. woorden zijn zo beperkt.
Waar wij wonen heb ik steeds de handicap dat het vaak heel erg bewolkt is, en dat in dat laatste zonne-uur van de dag de westelijke hemel ook bijna altijd bewolkt is; ik zit aan indirect kijken vast.
Maar wat steeds het allermooiste is voor mij, zijn de twee minuten die ik neem na mijn dagelijkse minuten met iedere keer 10 seconden erbij.
Ik doe niet meer dan tien seconden. Voor mij zijn het zulke kwetsbare organen, de ogen, de oogzenuwen en die pijnappelklier waar het allemaal om gaat. Wat ik wel doe is af en toe in de namiddag nog twee, drie minuutjes erbij doen, als ik overdag, tijdens de ochtenduren, mijn minuten indirect heb gedaan. Ik geloof in de avondzon, dat ene uur direct in de zon kijken. ’s morgens is voor ons helaas onmogelijk vanwege de bergen in het oosten. Dat eerste uur is wel het mooiste uur van de dag, om vele redenen.
Wel, het allermooiste zijn die twee minuten om met de handen voor de ogen, m’n ogen tot rust te laten komen. Wat er in de middenhands-chakras aan helende kracht zit! Maar de kleuren die zich dan manifesteren .. die worden steeds mooier. En ik heb nu steeds beter door hoe ik die voor (in?) mijn ogen moet houden. Er is dan een ovaal veld, een achtergrond van groen. Daarin zit een kleinere blauwe ronde vlek, die steeds kleiner wordt, en ik leer steeds beter om die te blijven zien. Ik heb eerder ervaren dat de kleur later kan veranderen, tot rood, en dat de achtergrond, achter het groen donker blijft. Soms zijn er meer kleurschakeringen, en ik associeer dit alles met het steeds meer wakker worden van de pijnappelklier. Natuurlijk weet ik dat de gele vlek achter in het oog ook wordt geactiveerd, en dat ‘dat’ waarschijnlijk is wat ‘lijkt te worden gezien’. Maar daarachter zitten ook de oogzenuwen, die zich in het midden van het hoofd verenigen, en die daar waar de pijnappelklier zetelt, doorlopen naar het achterhoofd. Allemaal lichtgevoelige, en licht-verlangende elementen! De pijnappelklier heeft tienduizend jaar, onnoemelijke generaties lang in duisternis moeten leven hoor…
Het is leuk om dit kleurenspel te volgen. Het is nog leuker dat ik steeds beter in staat ben om het ‘vast’ te houden. Ik moet dan ‘iets’ in mijn ogen niet veranderen. Wat dat is, is moeilijk uit te leggen. Wel kan ik zeggen dat ik steeds blij ben als ik het voor elkaar krijg om de kleuren weer te zien, of beter nog: ze te blijven zien, en ze te volgen totdat ze weer in het donker zijn opgegaan.

L. Rijklof, Colombia